Honing is rijp om te winnen als de cellen voor minimaal 75 % voorzien zijn van een wasdekseltjes en het suikergehalte minimaal 80% is.
De honing uit korven werd vroeger uit de raten geperst.
Toen de korven werden vervangen door kasten met uitneembare raampjes deed de honingslinger zijn intrede.
Voor het slingeren worden de honingramen eerst ontdaan van de waszegels en daarna in de korf van de slinger geplaatst.
Met handkracht of door middel van een motor wordt de korf rondgedraaid waardoor de honing uit de raten tegen de zijkant wordt geslingerd en naar beneden loopt. Om verontreinigingen, zoals wasdeeltjes te verwijderen, wordt de honing in een dubbel zeef opgevangen en komt dan in een emmer terecht.
Honing moet je altijd afgesloten houden van de lucht om vochtopname te voorkomen, waardoor deze gaat gisten. Na 2 of 3 dagen komt er een schuimlaag op de honing die bestaat uit kleine wasdeeltjes , stuifmeel pollen en andere verontreinigingen. Na het verwijderen hiervan is de honing klaar om in potten te doen.
De meeste honingsoorten kristalliseren na verloop van tijd , sommige snel zoals koolzaadhoning en andere langzaam zoals balsemienhoning. Pure heidehoning en acaciahoning kristalliseren niet.
Gekristalliseerde honing kan opnieuw vloeibaar worden gemaakt bij 40°c au bain marie. Bij hogere temperaturen worden de gezonde enzymen afgebroken.
Auteur Bert Opsteeg